Niet alles is heilsgeschiedenis

In de Waalse kerk in Den Haag wordt iedere derde dinsdag van de maand een residentiepauzedienst gehouden. Een predikant spreekt een meditatie uit, waarna een politicus of bestuurder een toespraak houdt. Deze toespraak is van mr. J. P. H. Donner.

Een koe is een dier met vier poten, maar niet ieder dier met vier poten is daarom een koe. Zo leerden we dat op school. Soms zie je Gods hand in de geschiedenis, maar daarom is geschiedenis nog geen heilsgeschiedenis. Soms bevorderen overheden met hun beslissingen de heilsgeschiedenis, maar daarom is nog niet alles wat overheden doen deel van de heilsgeschiedenis.

Zelfs als overheden goed doen, is dat geen barmhartigheid en naastenliefde zoals God die vraagt. Wat mensen heiligt als het uit geloof geschiedt, verandert als het door overheidsmacht wordt opgelegd. De hongerige voeden, de dorstige laven, de naakte kleden, de zieke bezoeken; het strekt tot Gods eer als het uit geloof wordt gedaan, maar niet als de wet daartoe verplicht. Dan gaan politieke partijen met de eer strijken en de belastingbetaler draagt de kosten.

Dat geldt ook voor andere geboden: vergeven, ”de andere wang toekeren”. Dat is mooi als u en ik dat doen. Maar als de staat schulden vergeeft, gevangenissen openzet, genade voor recht laat gelden, zou dat velen schaden en de lasten leggen bij mensen die er vermoedelijk heel anders over denken. Daarom is het een gevaarlijke verwarring te denken dat we wat God van ons verlangt, bij de overheid neer kunnen leggen. Want die overheid doet dat met plichten en zo nodig met dwang en geweld; dat is niet Gods rijk.

Daarmee wil ik niet zeggen dat overheden geen plaats hebben in Gods bedoeling. Nee, het is zoals Paulus schrijft in Romeinen; overheden, ze zijn nodig om mensen in vrede samen te doen leven. Ze kunnen verenigen waar anders achterdocht, vrees en wantrouwen zouden heersen.

Maar let op, ze brengen ook scheiding in wat bij elkaar hoort. Het is dit jaar honderd jaar geleden dat Europa op lichtzinnige wijze een oorlog tussen staten begon en daarmee een halve eeuw van onnoembaar leed over mensen afriep. Het is daarom goed dat we in hetzelfde jaar Europese verkiezingen hebben. Want let wel: de Europese Unie is evenzeer overheid in de zin van de brieven van Paulus. Een voorwaarde om mensen in Europa in vrede samen te doen leven. Maar die Europese overheid is evenzeer behept met de erfzonde van overheden; als zij mensen verantwoordelijkheid uit handen wil nemen en voor hen wil beslissen, kunnen mensen niet tot hun recht komen.

Dat betekent niet dat we ons dus maar niet in moeten laten met de overheid, omdat we anders misschien vuile handen maken. Daar speelt vertrouwen in Gods hand in de geschiedenis juist een rol.

Dat vertrouwen betekent niet dat wij zonder nadenken risico’s kunnen nemen, omdat God het wel ten goede zal keren. Dat is de verzoeking in de woestijn: spring van de tempel, want engelen zullen u dragen. Het betekent evenmin dat dus alle kwaad in de wereld ook uit God is. Het betekent ook niet dat dus alles wat we doen Gods werk is; en nog minder dat niets ertoe doet, omdat alles al vaststaat. Dat zijn allemaal pogingen om met het verstand een boodschap van hoop in haar tegendeel veranderen. Het is weer de koe en die vier poten.

Gods hand in de geschiedenis? Ik heb het altijd zo begrepen dat we erop mogen vertrouwen dat we niet altijd en overal zijn overgeleverd aan heilloze ketens van actie en reactie, zoals het begin van die wereldoorlog honderd jaar geleden. Het is het vertrouwen dat dat soort ketens kan worden onderbroken en wordt onderbroken; helaas niet altijd, maar vaker dan we soms denken.

Dat vertrouwen geeft moed om ook zelf, waar mogelijk, die ketens van actie en reactie te doorbreken door het onverwachte te doen; de andere wang toe te keren.

Het geeft moed om steeds opnieuw op te komen tegen wat niet geaccepteerd mag worden. Het kan ook de moed geven om, ook als alles tegenzit, te hopen dat er iets goeds uit kan ontstaan. Dat alles niet vanwege vertrouwen op bovennatuurlijk ingrijpen, maar vanwege de wetenschap dat het goede wat mensen doen vrucht heeft en anderen kan inspireren; dat de geest vaardig is en de duisternis het licht niet zal kunnen overwinnen. Denk niet dat dit alleen een boodschap is voor wie geschiedenis maken. De boodschap richt zich tot ieder van ons, want geschiedenis ontstaat uit het handelen van velen en uit de wijze waarop we met elkaar omgaan. Het hangt soms van de kleinste dingen af: „Als de neus van Cleopatra een tikje korter was geweest, zou de aarde een heel ander aanzien gekregen hebben”, schreef Blaise Pascal. Daarom: ook als het donker ons lijkt te omsluiten, is het beter een kaars op te steken dan over het duister te klagen. Dat is vertrouwen op Gods hand in de geschiedenis.

De auteur is oud-minister en vicevoorzitter van de Raad van State.